Anoniem (32 jaar).
Ben 32 jaar en ben vroeger gepest. Ik heb tot mijn 17de in bed geplast en tot mijn 10de ook vaak in mijn broek. Ik ben mijn hele jeugd uitgemaakt voor stinkdier. Ook huilde ik gauw en was ik erg verlegen. Het was bijvoorbeeld zo dat zelfs als ik een keer een vriendje had en hij nodigde mij uit dan kon ik niet bij ze naar binnen als de ouders mij niet ook uitnodigden. Dit ook tot hilariteit, soms ook bij ouders.
Mijn ouders, vooral mijn vader, had de overtuiging dat alle kinderen op kostscholen thuishoren dus daar was weinig steun te verwachten. Ik heb drie jaar rondgelopen zonder mijn haar te kammen of naar de kapper te gaan, en mijn ouders hebben nooit gezegd dat ik wat aan mijn uiterlijk moest doen. Ik heb in de tweede ook een leraar wiskunde gehad die mij steeds moest hebben. Ik snapte er niet veel van en hij vond het leuk om mij daarmee aan het huilen te krijgen.
Buiten school ben ik ook gepest. Ik hoefde niet op de speelplaats in mijn straat te verschijnen. Ook zat ik eens met een meisje te spelen en toen haar vriendjes verschenen zei ze dat ik bepaalde dingen had gedaan bij haar. Voor mijn gevoel heb ik moeten fietsen voor mijn leven, en in die buurt ben ik nooit meer geweest.
Toen ik eenmaal van mijn nachtelijke probleem af was werd iedereen ineens een heel stuk aardiger, maar echt vrienden zijn het nooit geworden. Vrienden maken is voor mij nog steeds een groot probleem, waardoor ik me nog altijd erg eenzaam voel en ik moeilijk met collega's kan samenwerken. Ik heb me in die tijd op de been gehouden met het hebben van penvriend(inn)en, maar als ik over mijn problemen begon duurde dat nooit erg lang. Op mijn zus na ga ik met niemand meer om die ik voor mijn 21ste kende.
Op bovenstaand verhaal berust copyright. Copyright is een auteursrecht en biedt de schrijver/schrijfster wettelijke bescherming. Dit houdt in dat bovenstaand verhaal niet door derden gebruikt mag worden, zonder toestemming van de Stichting Aandacht voor Pesten.
(januari 2013) |